Er bestaat zoiets als het recht om ongezien te blijven. We hebben het dan over privacy en wetgeving daaromtrent. In de jaren dat ik werkzaam was in de advocatuur en een blog bijhield, had ik het vaak over grondrechten in die sfeer, over de betutteloverheid en over het gebrek aan gezonde afstand tussen staat en burger. Ik hekelde met een passie de populaire gedachte dat “wie niets te verbergen heeft ook niet bang hoeft te zijn voor de overheid”.
Een uitspraak die WEF-chef Klaus Schwab overigens onlangs weer deed. Een schijn-geruststelling, want wat in de verborgenheid mag blijven, en wat (van de een op de andere dag) strafbaar of onrechtmatig is, bepaalt nou juist die wetgever, niet wijzelf. Tijdens corona hadden mensen ineens iets te ‘verbergen’, namelijk dat ze niet gevaccineerd waren. Om niet uitgesloten te worden van het maatschappelijk leven. Om maar een voorbeeld te noemen.
Het verlies aan privacy is in de laatste jaren natuurlijk alleen maar erger geworden. En wel zo erg dat ik het een beetje heb opgegeven, ook uit opportunisme geef ik eerlijk toe. Ik zit op sociale media, whatsapp en geef, weliswaar met tegenzin, mijn gegevens aan tal van musea, instellingen, warenhuizen en vervoerders die van alles willen weten zonder redelijk motief. Ik probeer dus maar zo min mogelijk te verbergen te hebben.
Mijn apathie voor het onderwerp heeft plaatsgemaakt voor iets anders. Sinds een aantal weken ben ik geïnteresseerd geraakt in het idee van het recht om (juist wel) gezien te worden. Omdat al dat ongezien blijven, het grote opgaan in wat onze samenleving nu is, waarin we ons terugtrekken in steeds kleiner wordende huisjes, autootjes, sociale kringen en leefruimtes, gevaarlijke vormen begint aan te nemen. De staat en Big Tech ‘mijnen’ onze data en Instagram weet tegenwoordig beter dan ikzelf waar ik op dat moment voor in de stemming ben. We worden teruggedrongen, lijkt het, tot voorspelbare eenlingen, hokjes en avatars. Maar daar zijn wij helemaal niet voor gebouwd. We hebben elementaire levensbehoeftes, en gezien worden is daar een van.
Ik heb met mijn Youtube-kanaal wekelijkse uitzendingen, meestal live, en daar kijken zo’n tienduizend mensen naar. Toch, realiseerde ik me, voel ik me niet gezien. Dat klinkt misschien wat aanstellerig, want het geeft me op een andere manier veel voldoening, maar echt contact, gezien worden, gebeurt in de uitwisseling van blikken, in oprechte interesse en invoelende gesprekken. In elkaars nabijheid. Via het scherm richt de blik zich eigenlijk vooral weer terug naar onszelf. Alsof we in een spiegel zitten te kijken, waar toevallig andere mensen in voorbij komen. Daarom krijg ik ook vaak terug van kijkers dat ze zichzelf herkennen in wat ik zeg, dat het is alsof zij ‘het zijn’. Dat is een relevante observatie.
Buiten mijn eigen ervaringen zien we de behoefte aan gezien worden vooral in de politieke omwentelingen die nu gaande zijn in Europa. In Duitsland, waar ik vorige maand was, stonden tienduizend boze boeren voor de poorten van de macht om gezien te worden. De rechtse AfD-stemmer idem. Ook die gaat nu de straat op. Steeds meer mensen willen uit die negatieve emotionele spiraal komen die verborgenheid veroorzaakt. En ze gaan vaak daar staan waar ze verwaarloosd zijn: “kijk naar ons”.
Maar andersom trekt de macht zich terug, die wil liever ongezien blijven. In die zin kunnen we ook leren begrijpen wat het verschil is tussen de macht en de mensen. Het is de macht die het liefst in het verborgene leeft. De elites willen alleen gezien worden door elkaar, en zeker niet van buitenaf, en al helemaal niet in hun ziel gekeken. Want hun zelfzuchtige belangetjes moeten doorgaan voor morele verhevenheid.
Een moreel recht om gezien te worden is niet afdwingbaar helaas, maar vragen erom kan altijd. En in die zoektocht vinden we misschien geen liefhebbende blik bij de overheid, maar wel die van elkaar. Als we opzij gaan kijken, en om ons heen, vinden we iets terug van wat verstopt was. De menselijke maat, het besef dat we elkaar nodig hebben. Geen enkele blinde tirannie is daar tegen opgewassen.
Ook verschenen deze maand op The Fire Online:
‘Read the Room’ Over het ontslagtheater bij Ongehoord Nederland
‘De computer zegt nog steeds nee’ Over hoe AI niet in overeenstemming kan worden gebracht met onze menselijk waarden en normen.
En kijk mijn Bakkie terug over de kwestie Omtzigt. More to come!